Overslaan en naar de inhoud gaan
Reportage

"Meisjes mogen alleen door de linkerdeur"

In een afgelegen dorpje op een van de eilanden van Indonesië wonen de vriendinnen Namo en Jenny (allebei 10). Hoe is het om hier een meisje te zijn?
Namo (links ) en Jenny zijn klaar voor school.
Roosje van Driest

Voor dag en dauw zijn de meisjes en vrouwen van Praij Ijing op Soemba al aan het werk. Ook Namo en Jenny stonden op toen de haan kraaide. Ze voeren de etensresten van de avond ervoor aan de kippen en varkens onder het huis, helpen hun moeders met vuur maken en vegen het erf aan. En hun broertjes? Die draaien zich nog een keertje om in bed of kijken een filmpje op de telefoon van hun moeder. Dat lijkt misschien oneerlijk verdeeld, maar voor de vriendinnen is het heel gewoon. Zo zijn ze opgegroeid en zo ging het bij hun ouders en grootouders ook. Jenny: “Eén van onze belangrijkste en vaste taken is bijvoorbeeld water halen uit de waterput, aan de voet van de berg. Naar boven lopen met zware emmers, is wel zwaar maar we zijn het gewend. En we doen het vaak samen, dus dat is alleen maar gezellig.”

Duidelijk verdeeld

Bijna overal ter wereld, vooral in dorpen en op het platteland, zijn de taken tussen mannen en vrouwen duidelijk verdeeld volgens eeuwenoude tradities. Zo’n vijftig jaar geleden was dat in Nederland trouwens ook nog zo: de meeste getrouwde vrouwen zorgden voor het gezin en het huishouden en mannen werkten buitenhuis. Water halen is een voorbeeld van een taak die eigenlijk alleen door vrouwen (en kinderen) wordt gedaan. Vooral op het platteland in Afrika en Azië is dat vaak een enorm tijdrovende bezigheid. Het is niet uitzonderlijk dat vrouwen hier wel vijf uur per dag mee bezig zijn en ze sjouwen vaak zo’n vijftien liter op hun hoofd. Bijna niemand klaagt hierover, want als je dat doet ben je geen goede vrouw.

Jenny (links) en Namo halen water: een typisch vrouwenklusje op hun Indonesische eiland.
Jenny (links) en Namo halen water: een typisch vrouwenklusje op hun Indonesische eiland. Roosje van Driest
Namo laat zien hoe meisjes en vrouwen op haar eiland weven.
Namo laat zien hoe meisjes en vrouwen op haar eiland weven. Roosje van Driest

Links en rechts

In het dorp van Namo en Jenny is ook een duidelijk onderscheid tussen mannen en vrouwen in de architectuur. Namo legt uit: “De linkerkant van onze huizen is de vrouwelijke kant: hier zijn de keuken, de vuurplaats en de slaapkamers. De rechterkant van het huis is mannelijk: hier worden de rituelen uitgevoerd door de mannen en zitten de mannen tijdens het eten. De vrouwen eten meestal bij het vuur. Maar dat betekent niet dat de vrouwen nooit in het rechterdeel van het huis komen of dat de mannen nooit in de keuken komen. Onze huizen hebben twee ingangen. Meisjes en vrouwen mogen alleen door de linkerdeur. De rechterdeur is voor mannen.” Waarom dit precies is, weten de meisjes niet. En ook volwassenen vinden dit een lastige vraag. Buitenstaanders en onderzoekers willen dit natuurlijk graag begrijpen en bedenken allerlei theorieën en verklaringen. Maar net als bij de meeste tradities is dat moeilijk en bovendien: tradities veranderen. Ook hier op het eiland. “Ik heb in elk geval nooit straf gekregen als ik per ongeluk door de rechterdeur ging.”

Klusjes in huis

Dat meisjes veel meer huishoudelijke klusjes moeten doen dan jongens, vinden Namo en Jenny niet erg. Want er zitten ook veel voordelen aan meisje-zijn. Jenny: “Wij kunnen later moeder worden en we mogen lang haar en make-up dragen.” En misschien wel het belangrijkste: zo groot vinden zij het verschil tussen jongens en meisjes niet. Want ze doen precies dezelfde spelletjes als de jongens en zijn ook vaak aan het stoeien en vechten.

 

Namo en Jenny laten traditionele feestkleding van hun Indonesische eiland zien.
Namo en Jenny laten traditionele feestkleding van hun Indonesische eiland zien. Roosje van Driest

Lang haar

Voordat de Europeanen in Indonesië kwamen, zagen de mannen en vrouwen er op de eilanden trouwens veel meer hetzelfde uit. Iedereen droeg een doek om het middel en liet hun buik en borst-kas bloot. Iedereen had ook lang haar. Deze gebruiken veranderden door de komst van kolonisten, nieuwe religies zoals het christendom en de islam en de westerse modetrends. Sinds-dien bedekken de vrouwen hun borsten en hebben veel mannen kort haar.

Bruidsschat

Denk trouwens niet dat de jongens en mannen maar een luizenleventje hebben in het dorp van Namo en Jenny. Als de jongens wat ouder worden, moeten ze bijvoorbeeld helpen met de koeien en paarden laten grazen, waterputten graven en huizen bouwen. En ze moeten genoeg geld bij elkaar krijgen om vee te kopen voor de ouders van hun toekomstige bruid. Dat heet een bruidsschat en die mag nooit minder zijn dan wat de vader van de bruid zelf betaalde aan zijn schoonfamilie toen hij trouwde. Alleen worden dieren steeds meer waard en wordt de bruidsschat dus steeds hoger. Voor veel mannen levert dit veel stress op en meisjes moeten vaak heel lang wachten voor een jongen rijk genoeg is om die bruidsschat te betalen. Het lijkt een beetje alsof de man zijn vrouw zo koopt van haar ouders en zij dan zijn eigendom is. Maar zo zien Namo en Jenny het niet. “Een grote bruidsschat betekent gewoon veel geluk voor het nieuwe paar en wij vinden het een teken van respect naar de ouders van de bruid. Gelukkig hoeven wij ons niet druk te maken over geld verdienen!”

Plaats als eerste een reactie