Rijst met kip
Wilton woont aan de rand van het oerwoud in een klein dorpje.
Hij komt net van school en aapje Monkey-Lee springt wild door zijn kooi om hem te verwelkomen. Maar Wilton heeft geen tijd voor hem. Zijn lunch staat klaar: rijst met kip.
Maurice: “Je lust toch wel groente?”
Wilton knikt. “Graag zelfs. Maar mijn moeder kookt het niet elke dag. Gewoon omdat je niet elke dag iets uit de tuin kunt halen.
We hebben onze eigen tuin. Sommige groente moet je planten, andere gewassen die we eten groeien gewoon in het wild."
Wilton trekt een plant met wortel en al uit de grond.
“Deze wortel is lekker voor in de soep.”


Bitter blad
Wilton wijst naar een metershoge struik iets verderop. Eetbaar en lekker!
Maurice zet z’n tanden in een vers geplukt blaadje. “Het heet bitawiri en zit vol vitaminen.”
Dan loopt Wilton naar de zuurzakboom naast het huis, links van
de kokosnoot. Hij plukt een paar grote bladeren, plet ze tussen zijn handen en doet ze in een bakje water. Voorzichtig giet hij een beetje ervan op het hoofd van Maurice.
“Goed tegen hoofdpijn!”
Dokter
Maurice is onder de indruk van wat Wilton allemaal weet.
“Is er wel een dokter in het dorp?”
Wilton: “Een paar keer per week komt een verpleegster uit de stad. Maar als ik ziek ben, ga ik liever naar onze dresiman in het dorp. Deze genezer weet alles over kruiden en ziektes. Ik voel me altijd beter nadat ik bij hem ben geweest. Hij zegt welk kruid ik moet gebruiken en dan ga ik het samen met opa in het oerwoud of in de tuin zoeken.”

Bloed
Van weer een ander plantje trekt Wilton heel voorzichtig een paar blaadjes.
“Als je dit sap in een wond doet, stopt het bloeden. Het is belangrijk dat je niet teveel neemt uit de natuur. Dan blijft er niets over voor anderen na je.”

Plaats als eerste een reactie