Ion: “We hebben wel een huisje aan de kust, maar daar zijn we bijna nooit. Dat huis hebben we alleen omdat het verplicht is om een vaste woonplaats te hebben."

De ouders van Ion verzamelen vuil en sorteren het. Plastic, oud ijzer en koper verkopen we. Zo verdienen ze geld. Omdat het gezin steeds onderweg is, gaat Ion niet naar school.
"Mijn zus is wel gegaan. Zij spreekt een beetje Engels. Ik wil wel graag naar school, maar in de kampen voor woonwagenbewoners waar we wel eens komen, blijven we nooit lang. En op de dorpsscholen worden kinderen als ik uitgelachen en gediscrimineerd. Dat komt omdat we Roma zijn en vaak alleen onze eigen taal -Romani- spreken. Ik zou daarom best naar het buitenland willen verhuizen. Het liefst naar Duitsland.”

De Roma zijn een nomadenvolk. Tenminste vroeger. In veel landen waar Roma nu leven is hun nomadische levenswijze verboden. Ze leven vaak in woonwagenkampen of in achterstandswijken. Vooral op de Balkan en in westelijk Anatolië trekken nog wel Romagroepen rond.
De taal van de Roma is het Romani, alhoewel dit eigenlijk niet één taal is maar een verzamelnaam voor meerdere talen. In het Romani betekent Roma 'mensen' en zo worden ze het liefst aangesproken. Niet met het Nederlandse scheldwoord zigeuner. Wereldwijd leven er naar schatting ongeveer 8 tot 10 miljoen Roma.