Overslaan en naar de inhoud gaan

Bhutan

De vlag van Bhutan
De regering van Bhutan vindt het geluk van de bevolking belangrijker dan welvaart.
Leerlingen oefenen in marcheren

Bhutan in het kort

Bhutan is een bergachtig land in Azië dat in de Himalaya ligt tussen China (Tibet) en India. De regering hier vindt het geluk van de bevolking belangrijker dan welvaart.  

Hoofdstad: Thimphu
Officiële talen: Dzongkha en in het zuiden spreekt men Nepali. 
Munteenheid: ngultrum
Religie: boeddhisme (tweederde), hindoe (een derde)
Inwoners: ongeveer 750.000
Nationale sport: khuru, een dartspel

Geluk

In Bhutan probeert de regering er alles aan te doen om de bevolking zo gelukkig mogelijk te maken. De machthebbers maken geen politieke keuzes om te zorgen dat het land rijker wordt, maar denken meer aan het geluk van de burgers. Dat heet in Bhutan ook wel 'Bruto Nationaal Geluk'. Volgens het koningshuis hier heeft geluk te maken met lekker in je vel zitten, gezond zijn, je veilig voelen in je groep, dorp of stad, het niet te druk hebben, goed onderwijs krijgen, gelijkheid tussen mannen en vrouwen en als je cultuur belangrijk is (tradities, feesten, taal). Mensen zijn in Bhutan niet alleen gelukkiger geworden, ze leven ook langer. In 1960 werden de Bhutanen gemiddeld 32 jaar. In 2017 leefden ze gemiddeld 70 jaar! 

Lessen

Bhutaanse kinderen leren op school wat belangrijk is voor geluk: anderen helpen, bidden, geen ruzie maken en niet haasten. Ze leren ook oude liedjes, dansen en traditionele sporten zoals boogschieten of stenen werpen. En een paar keer per dag mediteren de kinderen. 

Natuur

In het bergkoninkrijk is de natuur heel belangrijk. Er mag in het land niet gejaagd worden, er is geen mijnbouw en en in de grondwet staat dat het land voor minimaal 60 procent uit bos moet bestaan en dat de export van hout verboden is. En elke negende van de maand gaat de bevolking op pad om zwerfafval te verzamelen. Plastic tasjes zijn er verboden.

Toerisme

Het land verwacht van toeristen dat ze de cultuur en natuur respecteren. Zo moet je als toerist per dag een vast bedrag van 250 dollar betalen (ongeveer 225 euro). Hiervoor krijg je vervoer, eten en een overnachting. Zo'n zestig euro van dit bedrag gaat naar onderwijs, gezondheidszorg en het tegengaan van armoede. Maar: je mag voor dit vaste bedrag niet overal naartoe. Een officiële gids gaat overal waar jij ook gaat. Je mag niet in je eentje op pad en ook zeker niet overal naartoe. Het is bijvoorbeeld verboden om bergen boven de 6.000 meter te beklimmen. Dat is het gebied van de goden.